
De Grote Oorlog
De aanleiding: Princip pleegt een moord
Op 28 juni 1914 maakten de Oostenrijkse kroonprins Franz Ferdinand en zijn vrouw in een open auto een rijtoer door Sarajevo, de provinciehoofdstad van het Servische sprekende deel van Oostenrijk- Hongarije.
De scholier Princip had met vijf vrienden afgesproken dat ze de kroonprins zouden vermoorden. Alle zes waren zij leden van de terroristische bende van de Zwarte Hand die streefde naar de vorming van een Groot- Servië. Zij waren bereid om hun leven door voor op het spel te zetten. De eerste vriend durfde niet, de tweede aarzelde bij het aanblik van de prinses en de derde stond toevallig naast een politieagent toen hij zijn handgranaat gooide en miste daardoor; hij verwondde wel een officier van de prins. Het prinselijke paar reed ongedeerd door. Na de rijtoer wilde Franz Ferdinand de gewonde officier opzoeken in het ziekenhuis, maar zijn chauffeur reed verkeerd en stopte toevallig juist op de plaats waar Princip stond. Die aarzelde niet, maar sprong op de treeplank van de auto en schoot de prins van dichtbij dood. De tweede kogel raakte de prinses. Princip verklaarde later tegenover de gevangenispsychiater geen spijt te hebben van zijn terreurdaad. Alleen had hij nooit een wereldoorlog willen veroorzaken.
Bondgenootschappen vormen een gevaar.
Oostenrijk- Hongarije verdacht buurland Servië ervan achter de moordaanslag te zitten. De Oostenrijkse regering wilde met eigen mensen in Servië politieonderzoek doen en dreigde Servië de oorlog te verklaren als dit werd geweigerd. Door de gemaakte bondgenootschappen kon dit uitdraaien tot een grote Europese oorlog.
Er volgde een maand van druk diplomatiek verkeer om oorlog te voorkomen. Servië leek wel aan de eisen van Wenen te willen voldoen, maar de Russen telegrafeerden aan de Serviëren dat zij hen zouden helpen in geval van een oorlog. De Russen overwogen de mobilisatie van het leger en de vloot. Frankrijk bevestigde dat zij met Rusland wat betreft de kwestie Servië op een lijn zaten.
Binnen het bondgenootschap de Triple Alliantie kreeg Oostenrijk- Hongarije een carte blanche. De Duitse keizer besefte goed dat hij hiermee in oorlog met Rusland kon komen en daardoor ook Frankrijk. Duitse geheime agenten bevestigden dat de Russen zich aan het mobiliseren waren naar de westelijke grens.
De Grote Oorlog
Op 28 juli verklaarde Oostenrijk- Hongarije de oorlog aan Servië. Op 30 juli gaf de Russische tsaar het bevel tot mobiliseren. Nu raakte de Duitse legerleiding in paniek. Door de snelle Russische mobilisatie kon het Von Schlieffenplan mislukken.
Op 1 augustus verklaarde Duitsland de oorlog aan Rusland. Rusland veroverde snel gebieden in Oost- Pruisen. En Frankrijk, dat Rusland steunde, wilde Duitsland aanvallen via de Belgische Maasvallei. De Engelsen wachtten af. Zij moesten op hun marine vertrouwen, want zij hadden geen groot landleger dat een langdurige oorlog zou kunnen doorstaan.
De Duitse generaals Hindenburg en Ludendorff versloegen al aan het einde van de maand de Russen bij Tannenberg en de Masurische Meren. Tot verbazing van Wilhelm II weigerde het neutrale België de gevraagde doortocht naar Noord- Frankrijk.
Duitse treinen brachten daarop in de nacht van 4 op 5 augustus reusachtige kanonnen over de Belgische grens. De ene na de andere fort in de Ardennen werd plat gebombardeerd. Nu verklaarde Engeland de oorlog aan Duitsland, omdat zij de neutraliteit hadden gegarandeerd van de Belgen. Antwerpen mocht niet in Duitse handen vallen, omdat dit een sterke marine basis zou kunnen vormen voor de Duitsers. Het Von-Schlieffenplak mislukte door
1) de snelle mobilisatie van de Russen en daarmee de oorlog aan het oostelijk front
2) het sterke verweer van de Belgen
3) de inmenging van de Engelse troepen.
De Fransen riepen de Duitsers een halt toe en drong hen terug rond de rivier de Marne. Er ontstond een loopgravenoorlog. Beide partijen groeven zich in, in de aarde.